Engeltje (zonder trompet),
Monestir de Predalbes (Clarissen)
Barcelona, 14de eeuw.

Preek gehouden tijdens de dienst van de Remonstrantse gemeente te Zwolle op de derde zondag van advent, 12 december 2010

De lezingen waren:
Micha 6:1-8,
Mattheüs 11:2-10

PREEK: 'Zich van ganser harte toeleggen op liefdevolle trouw en opmerkzame wandel met uw God'
                                                                                                                                                (Micha 6:8)
HISTORISME
In de zestiende eeuw leefde er een zekere Giambatista Vico; volgens hem valt de werkelijkheid samen met de feiten, de 'facta'; de dingen dus die mensen doen of laten. Mensen maken de geschiedenis. Het heden is het logische product van het verleden. Zo zag hij dat. Deze gedachtegang heeft grote invloed gehad op onze cultuur; met zijn denkmodel heeft Giambatista Vico de basis gelegd voor een stroming die later bekend zal staan als het historisme. Dit historisme heeft ook zijn weerslag gehad op het geloof en de wijze waarop men de bijbel ging lezen. De bijbel ging men zien als een soort geschiedenisboek.

Wanneer we nu die eeuwenoude bijbelteksten lezen dringt zich de vraag op: waarom doen we dat eigenlijk? Gaat het ons om de geschiedenis? Wat moeten we precies met zo'n geschrift van Micha? Iemand die bijna 3000 jaar geleden leefde in een uithoek van de wereld?

Ik denk dat er heel wat mensen zijn die niet veel van het Oude Testament moeten hebben met als argument dat we nu toch in een heel andere wereld leven; dat we maar beter naar de toekomst kunnen kijken: en ons buigen over de vraag hoe we van deze wereld een betere wereld kunnen maken. Je zou dit een 'No-nonsense-benadering' noemen. Pragmatisch. Rationeel.

MESSIANISME
Mattheüs schrijft over Johannes. Die zit in de gevangenis, en hoort bij geruchte een en ander over Jezus. En hij vraagt zich af: is dit nou degene die komen zou? Klaarblijkelijk leeft hij met de een of andere heilsverwachting. Wat voor een verwachting was dat? Onder Joden leefde in die dagen een messianisme! Dat was een verwachting die nog verschillende vormen kon aannemen, maar waarvan je globaal kunt zeggen dat die voortkwam uit teleurstelling.
Best herkenbaar: als je ziet wat mensen er met elkaar voor een chaos van maken dan hoop je vaak maar weer dat het ooit anders zal gaan. Dat er iets zal veranderen.
Eens - lang geleden - had men veel verwacht: van David, van Salomo, van al de koningen nadien. Maar elke keer weer bleek dat die koningen tegenvielen. Niets menselijks was hen vreemd. Maar men had ook hoge verwachtingen van de tempel; van de priesters; wij zouden zeggen: van de kerken. Maar ook daarin was men teleurgesteld. Vandaar die hoop, en de fantasieën over een toekomstige messiaanse gestalte of een messiaanse beweging waardoor alles anders zou worden.

Dick Swaab, de hersenwetenschapper die juist een boek heeft gepubliceerd onder de titel 'Wij zijn ons brein' zou - denk ik - zeggen: vergeet het maar! Je kunt van mensen maar beter niet teveel verwachten. Want alles wat mensen doen of laten wordt in sterke mate bepaald door emoties, erfelijke aanleg en omgevingsfactoren. Alle goede wil en voornemens ten spijt - zijn mensen, net als dieren, er uiteindelijk vooral op uit om te overleven; en dat gaat doorgaans ten koste van anderen. Ook dat zou je pragmatisch kunnen noemen. Rationeel.

Ik denk dat er ook nogal wat mensen zijn die sceptisch staan tegenover het Nieuwe Testament; het evangelie. Kijk nu eens waar 2000 jaar Christendom toe heeft geleid! In wezen is er toch niets veranderd! Mensen staan elkaar nog steeds naar het leven - zeker wanneer hun verworvenheden worden bedreigd. Ook al beseffen we dat het in deze wereld oneerlijk is verdeeld, dan is dat nog geen reden om uit te zien naar ingrijpende veranderingen. Want: ten koste waarvan zou dat niet gaan!

En toch lezen we elk jaar weer die verhalen: de profetieën van Jesaja en Micha. De verhalen over Johannes de Doper en de geboorte van de 'gezalfde', de gedoodverfde verlosser. Waarom doen we dat?

Ik denk, dat het alleen zin heeft om de bijbel te lezen, wanneer je uitgaat van de veronderstelling, dat het in onze werkelijkheid vaak anders aan toe gaat dan je rationeel, pragmatisch zou denken. De geschiedenis voltrekt zich niet volgens de wetten van onze logica.

Bijbellezen heeft alleen zin wanneer je ervan uitgaat dat het in de bijbel eigenlijk nu juist altijd gaat om - wat daar dan maar genoemd wordt - het handelen van God. Dat is geloofstaal waarmee onze aandacht gevraagd wordt voor wat nu juist niet logisch is. Voor het onberekenbare. Voor wat ons nu juist overvalt, of verrast. Ik waag de stelling dat het in de bijbel eigenlijk altijd gaat om het NU: die wonderlijke schakel tussen wat er was en wat er komt. Dat is waarom Jesaja - als spreekbuis van God - zegt: "Zie ik ga nieuwe dingen doen. Let niet op wat er was".

Het is de moeite waard om ook de tekst van Micha, die wij vanochtend lazen, aandachtig te bezien vanuit dat gezichtspunt; dan komt daaruit een beeld naar voren van een God, die zich steeds opnieuw verrassend manifesteert.

Als het gelovige volk zich afvraagt hoe het zijn misstappen kan goedmaken blijkt, dat dit onmogelijk kan. Wat gebeurd is is nu eenmaal gebeurd. En het hoeft ook niet. De gedachte bijvoorbeeld, dat je iets goed zou kunnen maken door te boeten voor je misstappen is onzinnig. De gedachte dat je misschien een offer moet brengen is veel te menselijk gedacht. Je hoeft niet, om jezelf als het ware te straffen, het beste en het liefste wat het bezit op te offeren: geen kalveren, geen duizend rammen, geen overvloed aan spijzen, en ook niet de eerstgeborene - zoals ooit Abraham. God is daar niet van gediend. Daarin onderscheid deze God zich van de afgoden. Je zou bijna kunnen zeggen dat God zich die geschiedenis van Abraham nog herinnert, die ooit ook in de verleiding kwam om zijn enige kind te offeren: en hij had het bijna nog gedaan ook! Nooit meer zo'n offer! En dat God de geschiedenis met Noach nog helder voor ogen heeft. In het boek Genesis staat te lezen dat God destijds al heeft gezworen dat hij, elke keer wanneer Hij de regenboog aan de hemel zou zien verschijnen, zou denken: dat nooit meer!

Wat God van mensen vraagt is slechts: 'God gedenken en opmerkzaam wandelen met God'. Dat betekent: bedacht zijn op de scheppende krachten in de werkelijkheid; en dat is andere kracht dan de denkkracht van mensen.

Weten jullie nog - zo houdt Micha zijn mensen voor - wat God voor jullie heeft gedaan? Micha houdt zijn mensen voor hoe zij juist in de diepste nood, bedacht moet zijn op het onverwachte, het wonder; op de verrassende manier waarop God juist dan steeds van zich laat spreken.

Wat is daarvoor nodig? Daarvoor is het nodig dat de mens de openheid van geest heeft om juist in de alledaagse gewone dingen het mysterie van God te ontwaren. Dat is iets waarop je je kunt toeleggen: trouw opmerkzame wandel met je God.

Er zijn grote theologen die dat goed hebben begrepen. Ik wil er twee noemen. Martin Buber is zo iemand. Hij schrijft: 'Er zijn mensen die God zoeken. Maar je hoeft God niet te zoeken. In alles is God aanwezig. Het enige wat nodig is is dat je alles wat je al weet achter je laat. Wie God wil ontmoeten moet 'uittrekken' zoals Abraham: afscheid nemen van alles wat vertrouwd en bekend is.

De andere theoloog die ik wil noemen is Karl Rahner. Hij werd tijdens het 2de Vatikaanse Concilie door paus Johannes XXIII benoemd als 'peritus' (ervaringsdeskundige). Hij schreef:
"Wil er in de toekomst nog sprake zijn van vroomheid, dan zal die vroomheid gebaseerd moeten zijn op eigen religieuze 'ervaring'. En niet meer op een breed gedragen overtuiging of leer. Maar op mystieke vroomheid. Volgens Rahner is daarvoor nodig dat mensen zich weer bewust worden het mysterie van het leven, van de dragende grond van het bestaan; van de zichzelf meedelende liefde voor het leven - die in zichzelf een onbegrijpelijk raadsel is en er alleen nog maar onbegrijpelijker op wordt naarmate we die liefde intenser ervaren.

Dat heeft ook implicaties voor wat wij 'verwachting' noemen. In het Frans bestaan er twee woorden voor de toekomst: le futur en l'avenir. Le futur is de toekomst zoals wij die verwachten op grond van onze projecten en plannen; waarbij we er - in het voetspoor van Giambattista Vico - vanuit gaan dat wij de geschiedenis maken; l'avenir' duidt op datgene dat ons verrast: de ervaring dat dingen altijd anders lopen dan voorzien.

Het ware geloof is het geloof van de mens die vertrouwen heeft in het onverwachte; en ongedachte. Dat vraagt om een bepaalde grondhouding - zoals die spreekt uit een gedicht van Marijke van Hooff:

Sta met mij in de tuin van heden
vang het licht zolang het is
roep het donker niet, het komt
vanzelf. Spreek niet van verleden,

leg op de toekomst geen beslag.
Zie deze dag als aanvang,
belofte voor wellicht een nieuw
begin. Ontwaar de glans en kom

mij daarin nader, geef dit moment
tot in de kleinste ruimte zin.

            (Daglicht, Marijke van Hooff)


DE LEZINGEN:

Micha 6:1-8
(De profeet wordt aldus aangesproken:)
1. Luistert goed naar wat YHWH gezegd heeft:
Maak u op, oordeel de bergen en laten de heuvels *) uw stem horen.
(Daarop neemt de profeet het woord en zegt:)
2 Luistert, bergen, naar het oordeel van YHWH, naar het
gevelde vonnis, grondvesten der aarde, want YHWH heeft
een rechtsgeding met zijn volk en Hij gaat met Israël in het gericht.
3 (Nu spreekt YHWH, bij monde van zijn profeet:)
Mijn volk, wat heb Ik u aangedaan en hoe heb Ik u murw
gemaakt: leg getuigenis af over Mij!
4 Ik heb u immers uit het land Egypte gevoerd en u uit het
slavenhuis verlost; Ik heb Mozes, Aäron en Mirjam gezonden als uw gids.
5 Mijn volk, gedenk toch wat Balak, de koning van Moab,
beraamde en wat Bileam, de zoon van Beor, hem antwoordde; en wat er gebeurde van Sittim tot Gilgal, zodat ge moogt erkennen dat YHWH recht gehandeld heeft.
6 (Een gelovige, die zich aangesproken voelt, zegt nu:)
Waarmee zal ik treden voor YHWH, mij buigen voor God
in den hoge? Moet ik voor Hem treden met brandoffers, met
éénjarige kalveren?
7 Zal YHWH genoegen nemen met duizend rammen, met
tienduizend stromen olie?
Moet ik Hem mijn eerstgeborene geven voor mijn ontrouw, mijn bloedeigen kind voor de zonde die ik willens en wetens begaan heb?
8 (Daarop neemt de profeet opnieuw het woord en zegt:)
Er is u verkondigd, o mens, wat goed is!
Wat verlangt YHWH anders van u dan betrachten van gerechtigheid, zich van ganser harte toeleggen op liefdevolle trouw en opmerkzame wandel met uw God?

*) De bergen en heuvels staan ook onder het oordeel: deze 'hoogten' zijn de plaatsen waar de afgoden werden gediend.

Mattheüs 11:2-10
2 Toen Johannes in de gevangenis over het optreden van de messias hoorde, stuurde hij enkele van zijn leerlingen naar hem toe 3 met de vraag: 'Bent u degene die komen zou of moeten we een ander verwachten?' 4 Jezus antwoordde: 'Zeg tegen Johannes wat jullie horen en zien: 5 blinden kunnen weer zien en verlamden weer lopen, mensen met huidvraat worden gereinigd en doven kunnen weer horen, doden worden opgewekt en aan armen wordt het goede nieuws bekendgemaakt. 6 Gelukkig is degene die aan mij geen aanstoot neemt.'
7 Toen ze weer vertrokken, begon Jezus met de mensen over Johannes te spreken: 'Waar zijn jullie in de woestijn naar gaan kijken? Naar het wuiven van het riet in de wind? 8 Wat zijn jullie dan gaan zien? Een mens die rijk gekleed ging? Welnee, wie rijk gekleed is, verkeert in koninklijke kringen. 9 Maar wat zijn jullie dan wel gaan zien? Een profeet? Jazeker, zeg ik jullie, en zelfs meer dan een profeet. 10 Hij is degene over wie geschreven staat: "Let op, ik zend mijn bode voor je uit, hij zal een weg voor je banen."

Terug naar het begin van deze pagina


Terug naar de REGISTERS.

Reactie? Zend een E-mail

© A.E.J. Kaal, 2010.