LEVENSDROOM
In het eerste bijbelse scheppingsverhaal wordt verteld dat de mens is
geschapen naar God beeld. Hierin kun je ook een levensopdracht beluisteren:
de mens moet proberen om zo te leven dat hij evenbeeld is van God. Op die
manier kan een mens ernaar streven om zelf vindplaats van God te worden
voor anderen. In het volgende gedicht is deze gedachte op een wel heel
bijzondere wijze verwoord:
Nu ligt mijn leven als een stille plas,
een vlak, blauw water op een grote hei,
dat rustig opziet uit een lijst van gras
en riet: een hemelspiegel klaar en blij.
Mijn willen en mijn wensen stierf in mij,
en wat bevreesd, en wat onrustig was,
ging met mijn laatste diepe smart voorbij,
waarvan ik kalm en oud genas.
Mijn ziel ligt als het vlakke water stil,
dat zelf niets zijn en niets bereiken wil,
maar, wat het ziet, eenvoudig wedergeven.
Ook ik wil niets in eigen ogen zijn,
maar als een hemelspiegel klaar en rein,
den wil van God vervullen in mijn leven.